header afbeelding

Politieke discussie laait weer op

Nog maar een half jaar geleden nam een grote meerderheid in de Tweede en Eerste Kamer de nieuwe pensioenwet aan. Vorige week debatteerde de Kamer over het mogelijk openbreken van deze wet. Hoe nu verder?

Door het instemmen van de Tweede en Eerste Kamer is de Wet toekomst pensioenen (Wtp) sinds 1 juli 2023 van kracht. De wet is na jarenlang debatteren en onderhandelen tot stand gekomen, waardoor er een breed draagvlak ontstond.

Vervolgens zijn sociale partners (en organisaties van gepensioneerden via het hoorrecht) en pensioenfondsen aan de slag gegaan om de nieuwe pensioenregeling op basis van die wet op tijd te kunnen invoeren. De overgang naar het nieuwe stelsel moet daarbij ook goed geregeld worden.

Hoe nu verder? De BPP blikt terug en vooruit.

Op weg naar een nieuwe coalitie

Ondanks het brede draagvlak zijn er in de oppositiepartijen altijd tegenstanders geweest van de nieuwe wet. Na de verkiezingen in november bleek dat deze partijen - PVV, NSC en BBB - nu met de VVD aan tafel zitten om over een regeringscoalitie te onderhandelen.

Zij spelen in de komende jaren dus een grote rol in het pensioendebat. De VVD is als enige altijd voorstander geweest van de Wtp. Het is echter onduidelijk of deze partij water bij de wijn wil doen, om toch in een nieuwe regering mee te kunnen doen.

Referendum?

Onder aanvoering van NSC, die weliswaar voor de essentie van de nieuwe wet is maar pleit voor belangrijke wijzigingen, werd besloten tot een debat. Reden was het voorstel om per fonds een referendum te houden. Daarin zouden de deelnemers zich kunnen uitspreken over het wel of niet invaren van de oude rechten.

In het debat zelf kwam dit voorstel echter nauwelijks aan de orde. De NSC benadrukte de wens om de oude rechten niet in te varen en alleen de nieuwe regeling in te voeren voor de toekomstige opbouw. Bij de stemming een week later werd dit voorstel bij gebrek aan politieke steun op dit moment aangehouden.

De opstelling van de vier partijen die nu met elkaar om tafel zitten, loopt echter ook op dit punt heel erg uiteen. PVV en ook de BBB willen de Wtp helemaal niet laten doorgaan, terwijl de NSC zoals gezegd belangrijke wijzigingen wil. De VVD zegt terecht dat de wet die pas van kracht is geworden en nu geldt, moet worden uitgevoerd. Mogelijke wijzigingen kunnen best later aan de orde komen. Of men dit standpunt vasthoudt in de coalitiebesprekingen is onduidelijk.

Pensioenfondsen reeds aan de slag

Bij pensioenfondsen als PFZW en diverse andere sectoren, heeft de Wtp inmiddels tot een akkoord voor een nieuwe pensioenregeling geleid. De pensioensector pleit daarom voor ongestoorde voortgang van dit proces. Ook de achterbannen van betrokken vakbonden en gepensioneerdenorganisaties, waaronder de BPP, hebben zich daarvoor uitgesproken.

De uitkomsten van de nieuwe regeling geven namelijk aan dat er sprake is van belangrijke verbeteringen ten opzichte van de oude situatie. Ook minister Schouten heeft gemeld dat zij de pensioenfondsen niet gaandeweg wil confronteren met forse wijzigingen. Ze had al aangekondigd een eventuele motie daarvoor niet te zullen uitvoeren, maar zoals gezegd, de stemming over zo’n motie is aangehouden.

Twijfels ongegrond

Agnes Joseph van NSC heeft aangegeven dat de nieuwe wet onzekerder pensioenen geeft. Zij vergeet daarbij dat er ook gezorgd is voor stabilisering in de pensioenuitkeringen, bijvoorbeeld door het instellen van een solidariteitsreserve. Ook vergeet zij steeds te melden dat in de afgelopen jaren is gebleken dat een stabiele nominale uitkering bij inflatie niet koopkrachtbestendig is.

Door de vele wisselingen in de Tweede Kamer is er helaas nauwelijks iemand die de criticasters inhoudelijk van repliek kan dienen. De BPP vreest voor negatieve gevolgen als alles nu overhoop wordt gehaald. Het zou veel beter zijn als de politiek en de adviseurs zich zouden concentreren op de echt belangrijke vraag. Hoe de invoering stabiel kan verlopen en niet te afhankelijk is van het moment van invoeren.

Onze aandachtspunten

Zijn er dan helemaal geen zorgpunten in de nieuwe pensioenwet? Ja, zeker wel. Denk alleen al maar aan de vraag wat de dekkingsgraad zal zijn op het moment van overgang naar het vernieuwde stelsel. Als die toevallig erg laag is, zal de overgang lastig zijn. Als daar een oplossing voor kan worden gevonden, dan zal de BPP dat zeker toejuichen.

Daarnaast verdient de uitvoering de nodige aandacht. Zoals de benodigde capaciteit om de ICT van de uitvoeringsorganisatie op orde te krijgen. Ook moet het fonds ervoor zorgen dat de veranderingen voor iedereen begrijpelijk worden. Maar een onnodige verstoring van de huidige processen is wel het laatst waarop wij zitten te wachten. Juist omdat alle aandacht moet uitgaan naar het goed opzetten van de systemen en de tijd die daarvoor nodig is.

Ons advies: ga door!

In onze ogen is het voorstel van NSC van een referendum totaal ongeschikt voor dit complexe onderwerp. Vakbonden en ook wij als BPP hebben de afgelopen jaren voortdurend gecommuniceerd over de nieuwe wet, ook met live bijeenkomsten om vragen te beantwoorden en onduidelijkheden toe te lichten. Met een referendum, waar Pieter Omtzigt in zijn vorige politieke leven overigens fervent tegenstander van is geweest, loop je grote risico’s.

Door vooruit te lopen op de Wtp, hebben de pensioenfondsen de afgelopen jaren de kans gehad om de pensioenen te verhogen. Dat zou in het oude stelsel niet gebeurd zijn! Alle berekeningen bij PFZW geven aan dat we betere uitkomsten dan in het verleden en koopkrachtbestendige pensioenen mogen verwachten bij invoering van de Wtp. Daarom is het noodzakelijk door te bouwen aan een betere pensioentoekomst voor alle generaties.

Meer weten

Pensioenfonds PFZW legt op de website uit wat de nieuwe regels voor uw pensioen betekenen.